Besluitvormingsproces
Voor zover bekend bij het opleveren van het MER zal de provincie Noord-Brabant in een projectbesluit ‘light’ besluiten over de drie omgevingsvergunningen voor een wateractiviteit (de grondwateronttrekking en de bronbemalingen) en de omgevingsvergunning voor het afwijken van het omgevingsplan (Bopa). Voor de overige vergunningen zal de provincie de besluitvorming coördineren. Het MER dient ter ondersteuning van deze besluitvorming. Bij het opstellen van het ontwerp projectbesluit en de de vergunningaanvragen dient rekening gehouden te worden met de mitigerende maatregelen en het benodigde nader onderzoek zoals benoemd in paragraaf 7.1 van dit MER.
Er is besloten om in samenwerking met de provincie en het waterschap vervolgonderzoek te doen naar het robuuster maken van het watersysteem. Als resultaat van dit onderzoek kunnen maatregelen genomen worden zoals bijvoorbeeld peilverhoging, het dempen van greppels, het verwijderen van drainage en het verbeteren van de bodemstructuur. Ten behoeve van het ontwerp projectbesluit wordt dit gebiedsproces de komende tijd verder uitgewerkt en worden nadere afspraken gemaakt tussen Brabant Water, provincie Noord-Brabant en het waterschap Brabantse Delta. Hierbij wordt ook aansluiting gezocht bij het ondertekende Grondwaterconvenant 2021-2027. Het is belangrijk dat ten tijde van de besluitvorming er zicht moet zijn op uitvoerbaarheid van de maatregelen.
Ter inzage en toetsing van het MER
De ontwerpbesluiten en het MER worden zes weken ter inzage gelegd. In de ter inzage periode kan iedereen reageren op de kwaliteit en volledigheid van de documenten.
Ook toetsen de onafhankelijke Commissie voor de mer en Brabant Advies of het MER de benodigde milieu-informatie bevat en of deze juist is. Dat wil zeggen dat de Commissie voor de mer en Brabant Advies nagaan of de milieu-informatie in het MER correct is en of het rapport ook voldoende informatie bevat om het milieubelang volwaardig mee te kunnen wegen bij de besluitvorming. Zij nemen de ingediende zienswijzen mee in hun toetsingsadviezen.
Definitieve besluiten
Op basis van de informatie in het MER, de ingebrachte zienswijzen en de toetsingsadviezen van de Commissie voor de mer en Brabant Advies nemen de bevoegde gezagen het definitieve besluit over de onttrekking en de bemaling van de transportleiding. In de vergunningen nemen ze voorwaarden op waaronder het project mag worden uitgevoerd.
Tegen de definitieve besluiten staat binnen zes weken na bekendmaking beroep open bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Bij de besluiten over de vergunningen wordt een monitoringsprogramma vastgesteld. Tijdens de aanleg en gedurende de gebruiksfase wordt geëvalueerd of de daadwerkelijk optredende milieueffecten binnen de grenzen van de besluiten blijven.