Beoordelingsmethodiek
Voor het beschrijven van de effecten is de volgende werkwijze gehanteerd:
-
De effecten zijn bepaald door de toekomstige situatie die ontstaat door de nieuwe drinkwaterwinning en transportleiding te vergelijken met de situatie die ontstaat zonder het voornemen; de referentiesituatie. Onderdeel van de referentiesituatie vormen maatregelen en ontwikkelingen waarover reeds besluitvorming heeft plaatsgevonden en autonome trends zoals bijvoorbeeld klimaatverandering. Aan het verschil tussen die twee situaties, het effect, is een kwalitatief oordeel gegeven. De effecten voor de verschillende beoordelingsaspecten zijn met een vaste beoordelingsmethodiek en classificatie beoordeeld (zie paragraaf 8.4).
-
De effecten zijn in beeld gebracht gebruikmakend van kaders uit vigerende wet- en regelgeving, of, als er voor een thema geen specifieke regels van toepassing zijn, op basis van een deskundigen oordeel.
-
Bij de beschrijving van de effecten is, daar waar dit aan de orde is, onderscheid gemaakt tussen tijdelijk optredende effecten en permanente effecten.
-
De effectbeschrijving vindt plaats op basis van bestaande en beschikbare gegevens.
-
Eerst heeft een beoordeling zonder mitigerende maatregelen plaatsgevonden. Als er negatieve effecten zijn geconstateerd is nagegaan of mitigerende maatregelen mogelijk/noodzakelijk zijn.
-
Er is gekeken of er bij de thema’s een risico op cumulatie van effecten speelt met andere ontwikkelingen die tegelijkertijd plaatsvinden. De definitie van cumulatieve effecten en de noodzaak tot toetsen daarvan verschilt per beoordelingsaspect, omdat hier verschillende wet- en regelgeving aan ten grondslag ligt. Daar waar sprake is van onzekerheden met betrekking tot de te verwachten effecten is een conservatieve benadering toegepast en zijn de leemten in kennis en informatie aangegeven.
-
Per thema is aangegeven hoe het onderzoek is uitgevoerd. Deze staat in de subparagraaf “Onderzoeksmethodiek” van elk beoordelingsaspect.